Het is zaak eerst de gegevens in te voeren in de GR. Dat kan met het STAT-menu (MENU 2)
Het is daarbij handig om met een "schone lei" te beginnen. Een lijst kan gewist worden met behulp van DEL-A (F6 F4).
Soms zit er een duidelijk regelmaat in de in te voeren getallen, bijv 0,10,20,...140. Zo'n reeks kan als volgt snel worden ingevoerd :
Gegevens waar (nog) geen duidelijke regelmaat in is te herkennen - zoals meetgegevens - moeten uiteraard gewoon worden ingetypt. We gaan er in het vervolg vanuit dat deze gegevens in lijst 2 staan.
Je kan nu snel de toenames laten berekenen en in lijst 3 zetten:
Het verschil tussen het eerste en tweede getal (van lijst 2) staat in lijst 3 op plaats 1. De verschillen worden 'voorwaarts' berekend. Vaak worden in zo'n geval de verschillen 'achterwaarts' bepaald, en komt het eerste verschil op plek 2 (plek 1 blijft dan leeg).
Als je dat wilt kun je alle getallen een plaats laten opschuiven via INS (paar keer EXIT, eventueel F6 en dan F5.
Je moet er voor zorgen dat lijst 3 en lijst 1 evenveel getallen bevatten. Controleer dat, en wis zonodig een getal. (met DEL )
Nu het toenamediagram:
Via F1 kun je nog allerlei waarden laten berekenen, maar dat is in dit geval niet zo zinvol.
Soms zijn de metingen niet zo regelmatig als in het vorige voorbeeld. In zo'n geval zegt een toename diagram weing, en is het verstandig om te werken met gemiddelde toenames
We nemen als voorbeeld een Cooper-test, met metingen na 1 min, 5 min, 7 min, 10 min en 12 min
Eerst de invoer van gegevens
Nu wat voorbereidend werk:
En tenslotte:
In lijst 5 staat nu de gemiddelde snelheid (in meter per minuut) voor de diverse periodes ( de eerste minuut, de daaropvolgende 4 minuten enz.) Desgewenst zijn de getallen snel om te rekenen in km per uur : alle getallen vermenigvuldigen met 60/1000 = 0,06
Uiteraard kan weer een toenamediagram, gemaakt worden
In het toenamediagram zitten wat gaten, die (in gedachten) makkelijk opgevuld kunnen worden.
De ontwikkeling van de snelheid is goed te volgen.
Degewenst kun je ook kiezen voor een iets andere weergave
De staven staan nu dicht bij elkaar.
Als de de achterliggende formule van een reeks bekend is, kun je goed het TABLE-menu ( MENU 7) gebruiken. We nemen als voorbeeld: y = 4 √x − 0,5 x.
In lijst 2 staan nu de toenames. Op de zelfde manier zijn toenames te bepalen met een andere stapgrootte (bijvoorbeeld 0.5 of 3).De stapgrootte moet wel verwerkt zijn in de tweede formule .
Je kunt ook een grafische voorstelling laten maken:
Deze grafische voorstelling is wat eenvoudig, een serie losse puntjes...
We hebben hier weer gekozen voor het 'voorwaartse' verschil. Bij x=2 staat (bij stapgrootte 1) het verschil f(3) − f(2)
Dat kan ook anders: Als je als tweede formule neemt:
Y1 − Y1(X−1) kijk je steeds terug.
Omdat de formules die ingetypt zijn bij TABLE (of GRAPH) in het RUN-menu (MENU 1)oproepbaar zijn, is het vrij eenvoudig om bijv. het differentiequotiënt te berekenen van de gegeven functie op het interval [4;4,1]
Je kunt Y1 oproepen met behulp van: